Diarree kind

Wat is het?

We spreken van diarree als het kind een verandering van stoelgang patroon heeft met 3 waterige ontlastingen in de laatste 24 uur. Het normale ontlasting patroon (frequentie, kleur en vastheid) verschilt heel erg per kind en ook bij eenzelfde kind. Er moet nagegaan worden of het echt om diarree gaat.

Diarree is een overmatig verlies van vocht en van zouten (elektrolyten) in de ontlasting. Het aantal keren ontlasting en het volume ervan stijgen. De ontlasting wordt waterdun.

Diarree is een klinisch teken, geen ziekte! Zoek altijd naar andere signalen en oorzaken, zeker bij jonge zuigelingen.

Diarree is besmettelijk als deze wordt veroorzaakt door een ziektekiem zoals een bacterie, een parasiet of een virus.
Het woord ‘buikgriep’ wordt in de volksmond soms gebruikt om een acute episode van diarree en/of braken te benoemen. Het is echter geen griep en heeft ook niets te maken met het griepvirus.

Symptomen

Diarree, frequente en waterige ontlasting, kan gecombineerd voorkomen met:

  • braken
  • koorts

Door hun relatief groot lichaamsoppervlak en beperkt concentratievermogen van de nieren drogen jonge kinderen snel uit. Zij hebben meer vocht en elektrolyten nodig per kilogram lichaamsgewicht dan een volwassene. Een jong kind kan na een paar uur diarree al zwaar vochttekort vertonen.

Door vochtverlies kunnen naast braken en/of diarree ook andere tekenen van vochttekort optreden:

  • droge slijmvliezen, ingevallen fontanel, diepliggende ogen en verminderde urineproductie
  • suf, verward zijn, moeilijk wakker te krijgen
  • stuipen
  • coma

 

Oorzaken

Diarree kan veel oorzaken hebben. Soms heeft het niets te maken met een ziekte en is het bijvoorbeeld het gevolg van verandering in de voeding. Ook voedselallergie en bepaalde darmafwijkingen kunnen tot langdurige diarree leiden.

Opgelet! 
Diarree is een symptoom. Er moet steeds door een arts naar de oorzaak gezocht worden. Mogelijke onderliggende oorzaken van diarree:

  • maag-darminfecties (deze worden meestal veroorzaakt door virussen, minder vaak door bacteriën of parasieten)
  • voedselallergie
  • voedselintolerantie
  • darmaandoeningen (bv. malabsorptie)
  • bijwerking van geneesmiddelen

 

Verzorging en aanpak

  • Contacteer bij jonge kinderen, die sowieso zeer gevoelig zijn aan vochttekort, steeds de behandelend arts.
  • Volg de eetlust, de urineproductie en de algemene toestand van het kind.
  • Geef regelmatig kleine hoeveelheden vocht. Wie borstvoeding geeft, hoeft niet te stoppen. Bij flesvoeding is enkele uren stoppen soms aangewezen, afhankelijk van de ernst van de diarree. De arts zal meestal een orale-rehydratieoplossing voorschrijven. Door de specifieke samenstelling daarvan neemt het lichaam van de baby weer vocht op. Enkel bij zeer ernstige diarree is een dieetvoeding nodig.
  • Oudere kinderen krijgen ook een orale-rehydratieoplossing samen met verder toedienen van normale voeding.
  • Begint de baby te braken, heeft hij koorts, is hij suf, vertoont hij tekenen van dehydratie of blijft de diarree aanhouden, raadpleeg dan zeker onmiddellijk je arts.

Deskundige hulp is noodzakelijk in volgende gevallen

  • De baby is jonger dan 6 maanden.
  • Het kind heeft vochttekort.
  • Het kind braakt, heeft koorts, vertoont een gele of grauwe kleur en is suf.
  • Er zit bloed of slijm in de ontlasting.
  • Het kind heeft een slechte gewichtsevolutie.
  • Bij twijfels, vragen en ongerustheid.

 

Kan het kind naar de opvang?

Een kind met diarree kan naar de opvang tenzij:

  • het kind ernstig ziek is
  • het kind te veel zorgen nodig heeft
  • de oorzaak van de diarree een ziektekiem is
  • er uitdroging dreigt (droge lippen, diepliggende ogen, minder plassen)

Extra maatregelen

  • Voorzie een aparte handdoek voor elk kind en ververs de handdoek elke dag.
  • Gebruik indien mogelijk een apart toilet of potje voor kinderen met diarree.

 

Bron: kindengezin