Bijvoeding voor baby’s

In de eerste vier maanden van het leven van je baby geef je alleen borstvoeding of flesvoeding aan je kindje. Wanneer je kindje vier maanden oud is, kan je een start maken met het geven van bijvoeding. Tijdens het opstarten van de bijvoeding leert je baby nieuwe smaken kennen en start hij met het ontdekken van de structuur van vast voedsel. Het proeven van pap of een eerste fruithapje is namelijk nogal een hele onderneming als je alleen gewend bent om melk te drinken. Het mondje en de tong van je baby moeten bij het eten van vaste voeding heel andere bewegingen maken. Ook levert bijvoeding een belangrijke bijdrage aan de voedselbehoefte van je kindje.

De eerste hapjes: pap, fruit en maaltijden
Wanneer je voor de eerste keer bijvoeding geeft, start je meestal met rijstebloempap. De pap van rijstebloem is licht verteerbaar en bevat bovendien geen gluten. Meestal start je met het toevoegen van enkele schepjes rijstebloem aan de fles. Later leert je baby om van een lepeltje te eten en kan je (rijstebloem)pap uit een bordje gaan geven.

Ook wordt er in deze periode gestart met het geven van groente of fruit. Fruit en maaltijden kan je zelf maken, maar in de winkel zijn ook speciale potjes babyvoeding te koop, voor verschillende leeftijden. Het beste kan je beginnen met het geven van één soort fruit of groente. Je baby kan op deze manier langzaam wennen aan nieuwe, milde smaken. Goede fruitsoorten en groentesoorten om mee te beginnen zijn banaan, peer, doperwtjes/wortel, bruine bonen, appel. Wanneer je kindje goed reageert op groente en/of fruithapjes, kan je een nieuwe smaak toevoegen of een combinatie van twee of meer smaken geven.

Bijvoeden vanaf 8 maanden
Als je baby 8 maanden oud is, hoeft de structuur van de maaltijden en het fruit niet zo heel fijn meer te zijn. Je baby kan nu kleine, zachte stukjes eten die de kauwontwikkeling van je kindje stimuleren. Naast de groente- en fruithap mag je natuurlijk af en toe best een koekje geven (biscuitje). Een rijstwafel of een soepstengel vallen ook flink in de smaak bij baby’s.

Drinken als bijvoeding
Het is vanzelfsprekend dat je baby elke dag voldoende drinkt. Je kindje krijgt het grootste deel van het vocht binnen via de borstvoeding of flesvoeding, daarnaast kan je ook (gekookt en afgekoeld) water aan je kindje geven, ongezoet vruchtensap, kant-en-klare drankjes of slappe thee geven. Let er wel op dat er geen tot zeer weinig suiker is toegevoegd aan de drankjes, want dit is zeer slecht voor het (toekomstige) gebit van je baby. Ook voorkom je hiermee dat je kindje een voorkeur krijgt voor zoetigheid.

Gezonde voeding voor kinderen vanaf 1 jaar
Als je baby één jaar is geworden, mag jouw dreumes hetzelfde eten als de rest van het gezin. Rond zijn eerste verjaardag breekt er namelijk een nieuwe eetfase aan. Je kind wil niet meer gevoerd worden, maar zelf eten. Dit is hét moment om je kind gezonde eetgewoontes aan te leren. Hierbij zijn regelmaat en variatie in voeding erg belangrijk. Ga je kind daarom ook leren dat er vaste momenten op de dag zijn waarop hij eten en drinken krijgt. Dit kan je doen door hem naast het ontbijt, de lunch en het avondeten op vaste momenten tussendoortjes te geven. Je kindje zal dan aan deze tijden gewend raken, en hij zal leren dat hij verder niet hoeft te vragen om eten buiten deze vastgestelde tijden om.

Geef gevarieerde voeding aan je kindje
Om gezond te zijn en te blijven heb je gevarieerde voeding nodig. Dit geldt niet alleen voor jou als volwassene, maar zeker voor kinderen. Door gevarieerd te eten krijgt je kind genoeg binnen van alle gezonde voedingsstoffen. Het is logisch dat je kind niet alles even lekker vindt (jij vindt ook niet alles even lekker).

Tips voor een gezond en gevarieerd voedingspatroon

  • Let op het aantal keren dat je kind eet. Drie (hoofd)maaltijden per dag, en niet vaker dan vier tussendoortjes. Dit verkleint de kans op overgewicht en tandbederf (gaatjes).
  • Hou vaste tijdstippen aan voor zowel de maaltijden en tussendoortjes.
  • Kies gezonde tussendoortjes uit, zoals fruit of biscuitjes.
  • Zorg dat je kindje niet te moe is tijdens het avondeten, want dan eet hij slechter.
  • Zien eten doet eten. Ga daarom ook samen met je kindje aan tafel eten.
  • Geef geen zuigfles of tuitbeker meer, maar laat hem uit een gewone beker drinken. Je kind leert dan beter kauwen en praten. Ook is drinken uit een beker beter voor de tanden van je kind.
  • Geef je kind niet meer dan twee tot drie bekers melk of melkproducten per dag. Als hij meer melk drinkt, kan hij namelijk minder zin hebben in zijn eten.
  • Laat je kind veel verschillende soorten eten en drinken proberen. Zo ontwikkel je zijn smaak en voorkom je dat hij/zij een slechte eter wordt.
  • Schep een klein beetje eten op en laat je kind zelf bepalen hoeveel hij eet. Het hoeft niet allemaal opgegeten te worden. Heeft hij zijn bordje wel leeg, en wil hij meer? Geef hem dan gewoon wat meer.
  • Als je kind niet of weinig eet van wat er op zijn bord ligt, geef dan niets anders. Geef ook geen extra tussendoortjes. Hiermee hou je het slechte eetgedrag in de hand.

Plaats een reactie